Recente nieuwsberichten

Schrijver Oscar van den Boogaard over de asociale effecten van de smartphone

 

"Geen woord is in het internet-tijdperk zo aan inflatie onderhevig als het woord sociaal. Wat is er sociaal aan al die mensen die de hele tijd met hun smartphone in de weer zijn? Die al telefonerend rondrijden en nauwelijks rekening houden met andere weggebruikers?

 

De sociale media zijn het perfecte alibi om volstrekt asociaal te kunnen zijn.

 

Ik zag laatst een televisiereclame voor een nieuwe smartphone. You are who you know. Close friends, work friends, boyfriends, girlfriends, old friends and new ones. And when they become part of your life, they become a part of what makes you truly you... amazingly social. Is de man die vergroeid is met zijn smartphone soms verbazingwekkend sociaal?

 

Als je de hele dag achter je beeldscherm zit of op je iPhone aan het kijken bent, heb je geen tijd om om je heen te kijken. Je vergeet wie er naast je zit in de trein. Buren zijn je facebookvrienden aan de andere kant van de wereld en niet zozeer de mensen die naast je wonen.

 

Opiniestuk in De Standaard: 'Virtuele vrienden':

 

----------------------

Big Brother is watching you. De Vlaamse regering houdt het gedrag van de Vlamingen nauwlettend in het oog. Deze week werd een studie openbaar gemaakt naar de participatie van ouderen aan het sociale leven. Waar bemoeit de overheid zich eigenlijk mee? Is ons sociale leven niet strikt privé?

 

Ouder ben je volgens de studie als je 55-plus bent. Een blakend gezonde eind-vijftiger dus evenzeer als een dementerende tachtigjarige. Het individu gaat ten onder in de statistiek.

 

Uit de studie blijkt dat minder dan de helft van de ouderen internet gebruikt. Daarmee is de doelstelling die de federale regering zichzelf heeft gesteld om het gebruik van het internet bij alle bevolkingsgroepen te maximaliseren, vooralsnog niet gehaald.

Wat is dat voor ambitie om zoveel mogelijke ouderen internetvaardig te maken? Is het world wide web soms de échte wereld? Begeven internet-analfabeten zich minder in het maatschappelijke leven? Zijn ze minder gelukkig of gezond? Zijn mensen die geen internet gebruiken soms minder sociaal?

 

Geen woord is in het internet-tijdperk zo aan inflatie onderhevig als het woord sociaal. Wat is er sociaal aan al die mensen die de hele tijd met hun smartphone in de weer zijn? Die al telefonerend rondrijden en nauwelijks rekening houden met andere weggebruikers?

 

Het is niet omdat je zogenaamd met iedereen contact hebt en omdat alle informatie binnen handbereik ligt, dat je ook sociaal bent. De sociale media zijn het perfecte alibi om volstrekt asociaal te kunnen zijn. De vrienden die mensen via de sociale platforms zouden hebben, zijn in de meeste gevallen slechts virtueel. Het gaat niet om vrienden, maar om het idee van vrienden.

 

Ik zag laatst een televisiereclame voor een nieuwe smartphone. You are who you know. Close friends, work friends, boyfriends, girlfriends, old friends and new ones. And when they become part of your life, they become a part of what makes you truly you... amazingly social. Is de man die vergroeid is met zijn smartphone soms verbazingwekkend sociaal?

 

Als je de hele dag achter je beeldscherm zit of op je iPhone aan het kijken bent, heb je geen tijd om om je heen te kijken. Je vergeet wie er naast je zit in de trein. Buren zijn je facebookvrienden aan de andere kant van de wereld en niet zozeer de mensen die naast je wonen.

 

In het bejaardentehuis van mijn vader heeft geen enkele bewoner internet. Niemand heeft er behoefte aan. De oude mannen en vrouwen willen niet met de hele wereld verbonden zijn. Ze willen alleen met elkaar samenzijn, verzorgd worden, geborgenheid voelen.

 

Misschien zouden de kinderen of kleinkinderen het wel makkelijk vinden om te kunnen skypen of mailen in plaats van tijd te verliezen aan een fysiek bezoek, maar iemand die oud is, wil écht contact. Hij wil een hand op zijn wang voelen of samen een wandelingetje maken. Virtueel samenzijn zegt mijn vader helemaal niets. Zelfs de telefoon neemt hij niet op. Zijn devies: of je bent er in levenden lijve, of je bent er niet.

 

In mijn dorp zaten vroeger veel mensen voor hun deuren naar de voorbijgangers te kijken. Nu zitten ze binnen achter hun beeldscherm. De mensen waar ze nu naar kijken zijn niet meer van vlees en bloed, maar van pixels gemaakt.

 

De mensen die geen internet gebruiken sterven langzaam uit. Misschien is de regering met haar doelstellingen daar blij mee, maar ik maak me zorgen. Uit het onderzoek blijkt dat de oudere mensen misschien minder met internet bezig zijn dan jongere mensen, maar wel veel meer tijd doorbrengen met buren en familie. Straks zijn er helemaal geen mensen meer voor wie hun directe omgeving nog van belang is.

 

Ik merk zelf dat ik steeds minder achter mijn computer zit. Ik heb behoefte aan echte mensen en echte ervaringen. Bij mijn nieuwe buren heb ik een kaartje in de bus gestoken om hen te feliciteren met hun huis. Geen idee of ze hun brievenbus legen of alleen maar hun mails checken. Misschien staan ze niet open voor de beste wensen van zo dichtbij, maar ik heb het in ieder geval geprobeerd.

 


Zie ook deze eerdere artikel over de smartphone: